Naar het zuiden
We nemen niet eens de tijd om een schaduwplek voor het ontbijt te regelen. We zijn al om 7 uur in de weer, want het wordt alweer warm in de camper. Het is eigenlijk de hele nacht warm geweest zelfs, dus we gaan maar nuttige dingen doen. Iets na 8 uur gaan we onze paspoorten en ID-kaarten weer ophalen, die wilde men perse daar houden totdat er betaalt is, terwijl het niet mogelijk was om bij aankomst meteen voor 2 nachten te betalen. Als Liske het briefje met onze gegevens inlevert bij de receptie rekent de dame het tarief dat op het briefje staat. Alles moest contant, we kregen niet eens een factuur. Dat was echter het tarief per nacht en dus kregen we 2 nachten voor de prijs van 1. Dat is nog eens goedkoop overnachten op al deze dure campings hier. De dame van de receptie was kennelijk nog niet uitgeslapen zo vroeg in de ochtend.
We hebben een lange dag voor de boeg: ruim 550 kilometer met een tussenstop bij het automuseum in Skardin. Voor het eerst nemen we ook de tolwegen in Kroatië. Als we de snelweg op rijden denken we dat we bij een verkeerd poortje staan. Ruud stapt al uit om de bestuurders achter ons te vragen achteruit te gaan, maar gelukkig blijkt dat we hier een kaartje uit een automaat moeten halen en dat de slagboom daarna gewoon open gaat.
Het is super stil op de snelwegen en we rijden zo’n 185 kilometer naar het automuseum door een rotsachtig landschap met heuvels en bergen op de achtergrond en lage struiken en bomen op de rotsachtige grond.
Als we bij Skardin zijn, is het automuseum slecht aangegeven, dus we rijden eerst het automuseum voorbij, keren na een aantal kilometers om (we zaten meteen weer op een weg met haarspeldbochten en redelijk stijl naar boven dus je moet wachten op een gelegenheid om de camper te kunnen omkeren). Ook hier is het moeilijk parkeren, vinden we toch voor 100 kuna een parkeerplaats en wandelen we naar het museum dat nog niet zo lang geleden verhuisd is van Zagreb naar Skardin. Op de website leek het heel wat, maar in het echt is het niet meer dan 1 hal met misschien 35 auto’s en geen 2CV. Op de muren zijn er wel heel wat decoraties en platen over 2CV te vinden. We weten na dit bezoek wel dat er in Joegoslavië veel Renaultjes 4 rondrijden omdat er in Slovenië een fabriek voor de Renault 4 gestaan heeft.
Vervolgens moeten we nog ruim 3 uur verder, die nog worden onderbroken door een tankbeurt, een zwarte slip aan de onderkant van de alkoof die los ging, vastgemaakt moest worden, weer los ging en vervolgens is afgesneden en hebben we 2 keer een landsgrens gepasseerd, waardoor we even moesten stoppen, met de paspoorten zwaaiden en door mochten rijden. De route naar Dubrovnik gaat een paar kilometer door Bosnië, dus we rijden via Kroatië naar Bosnië en vervolgens weer naar Kroatië. Dan is het nog een klein stukje naar Orasac, zo’n 15 kilometer voor Dubrovnik en ook hier hebben ze plek voor ons voor 2 nachten op een plekje waar we in ieder geval in de avond volledig in de schaduw zitten. We zijn alles bij elkaar zo’n 10 uur onderweg geweest dus iedereen is het goed zat en blij dat we er zijn. Ook was het weer vreselijk warm vandaag, hebben we ontdekt dat de koelkast het niet meer koel genoeg weet te krijgen, maar dat de vriezer wel vol gelegd kan worden met flesjes en blikjes drinken en dat je vervolgens van een heerlijk koel drankje kunt genieten.
We zijn te moe om nog wat te gaan ondernemen na het avondeten, dus we zitten alleen maar buiten te ontspannen en een beetje een briesje te voelen. Het lijk een heel klein beetje af te koelen.